Natuur in het gebied Wilder Kaiser

Het gebied Wilder Kaiser vormt samen met het Ramsar-natuurreservaat Kaisergebirge een ideale biotoop voor talrijke dieren en planten. Het zijn vooral ook de vele contrasten die deze diversiteit van leven bevorderen. Ruwe rotsen en lieflijke hellingen, dichte bossen en moerasachtige, vochtige gebieden, glasheldere bergmeren en sappige alpenweiden...

Wie met open ogen door de natuur wandelt, zal op zijn pad vele kleine en grote wonderen ontdekken. Doe mee en ontdek de diversiteit van flora en fauna in de bergen van de Wilder Kaiser.

De natuur in het gebergte van de Wilder Kaiser is een biotoop voor vele planten en dieren. Er groeien zo'n 940 soorten bloeiende planten, 38 varensoorten en meer dan 400 soorten mos. De bossen zijn grotendeels gemengde bossen met beuken, dennen en sparren. Daar komen nog essen en esdoorns bij, en op grotere hoogten elzen. Nog hoger groeien bergdennen en alpenroosje.

Op deze hoogte krijg je vaak ook gemzen te zien, en als je goed kijkt, misschien ook een sneeuwmuis of een sneeuwhaas. Maar ook wat lager zijn er ongewone dieren te ontdekken. Als gevolg van glaciale processen komen in het Kaisergebergte een aantal zeldzame ongewervelde dieren voor, zoals een speciale regenworm en zeldzame slakken- en spinnensoorten. Typische gewervelde dieren die je in het Kaisergebergte aantreft zijn de alpenlandsalamander, vuursalamander, gladde slang, adder, relmuis, hazelmuis en rosse woelmuis. En voor wie zich afvraagt welke vogel hij hoort zingen: van de rotszwaluw tot de steenarend is de hele vogelwereld hier vertegenwoordigd.

In de bossen in Ellmau, Going, Scheffau en Söll wonen ook enkele wilde diersoorten. Steeds weer kun je daar reeën, edelherten, vossen, dassen of eekhoorns spotten.

Water in flessen kopen? Dat is in Oostenrijk niet nodig. Zuiver en heerlijk verfrissend drinkwater komt er rechtstreeks uit de kraan. En in de bergen van de Wilder Kaiser gaat die luxe nog wat verder: de meren, rivieren en beken worden gevoed met kristalhelder water uit de omliggende bergbronnen. Maar let op: terwijl er in het dal meestal genoeg mogelijkheden zijn om je waterreservoirs bij te vullen, zijn er in het Kaisergebergte nauwelijks fonteinen of beekjes omdat het water snel wegsijpelt in de kalksteen. Neem dus altijd genoeg te drinken mee...